1. Maak zichtbaar of je gestoord wilt worden

Om geconcentreerd te kunnen werken moet je je soms even afzonderen. Zijn er concentratiewerkplekken of stilteplekken? Maak er gebruik van! Als er geen aparte ruimte is om je in terug te trekken, zet dan bijvoorbeeld een vlaggetje neer om aan te geven of je beschikbaar bent.

2. Verboden te storen

Spreek CONCENTRATIEBLOKKEN met elkaar af, waarbinnen je elkaar niet stoort. Je concentratieklussen plan je dan en je e-mail en telefoon gaan uit.

3. Toerbeurten

Moeten jullie de hele dag door bereikbaar zijn? Maak een schema met telefoondiensten en wie het aanspreekpunt is voor mensen met vragen. Zo hoef je je niet elke keer af te vragen wie er de telefoon op pakt of iemand te woord staat.

4. To do or not to do

Richt je per dag op één of twee grote klussen. Alles wat tussendoor komt zet je zonder over de inhoud of een antwoord na te denken op een to-do lijst. Is het concentratiewerk gedaan? Dan zorg je voor afwisseling en frisse energie door de binnengekomen acties af te werken of in te plannen.

5. Gun je brein een break

In een open kantoorruimte krijg je zoveel prikkels te verwerken, dat het nog belangrijker is om ook te ontspannen. Écht ontspannen, je hersenen stilte en rust gunnen. Dus geen werkgesprekken of mobiele telefoon tijdens pauzes. Een wandeling, liefst in een nabijgelegen park, is het beste medicijn.