Beter voorbereid mét eigen identiteit
Moeten nieuwe medewerkers zich aanpassen? Of mogen ze zichzelf meenemen naar het werk? Er zijn nog steeds organisaties waar dit een vraag is. Maar eigenlijk is het een vals dilemma. Je aanpassen en jezelf meenemen naar het werk zijn dingen die elkaar helemaal niet uitsluiten. Een verhelderend voorbeeld hiervan is het personeelsintroductieprogramma van Wipro. Dit is een onderneming waaraan andere bedrijven hun bedrijfsprocessen uitbesteden (business process outsourcing). Vaak zijn het bedrijven die zich aan de andere kant van de wereld bevinden.
Een nietig radertje
Het laat zich raden dat in zo’n soort onderneming veel protocollen nodig zijn. Anders is de uitkomst van een voor de klant uitgevoerd businessproces niet voldoende te voorspellen. Daarom kun je bij Wipro als nieuwe werknemer niet zomaar aan de slag gaan en vanzelf wel leren hoe de procedures zijn. Voor je begint aan je eerste taak doorloop je een introductieprogramma. Hierin wordt vrij gedetailleerd duidelijk gemaakt wat je als medewerker moet doen, wanneer en hoe. Hoe nuttig zo’n introductietraining ook is, er zit ook een gevaar in. De erin ondergedompelde medewerkers kunnen het gevoel krijgen slechts een radertje te zijn in een hele grote klok. Na verloop van tijd veroorzaakt dat emotioneel afhaken. De benodigde betrokkenheid kunnen ze niet meer opbrengen.
Wie ben ik, wat kan ik?
Nu werd in dit introductieprogramma een interessant psychologisch experiment verricht. De trainees werden verdeeld in twee groepen. Mensen in groep A moesten op introdag 1 een opstel schrijven over zichzelf, over hun interesses en hun sterke kanten. Vervolgens stelden ze aan de hand hiervan zichzelf voor aan de andere trainees. Aan het eind van de dag kreeg iedereen een fleecetrui met zijn of haar naam erop. Er was ook een groep B. Wie hierin zat, schreef geen opstel over zichzelf maar volgde het gewone, volledig op het bedrijf gerichte, programma. Aan het einde van de dag kreeg deze groep een fleecetrui met het ondernemingslogo erop. Vervolgens werden alle nieuwe werknemers gedurende 7 maanden gevolgd. Met een opmerkelijk resultaat.
Geven en meenemen
Beide groepen deden gedurende die 7 maanden hetzelfde werk en moesten zich daarbij houden aan dezelfde regels. Echter, de medewerkers die hadden kunnen focussen op hun eigen identiteit, bleken 20% minder geneigd om de onderneming voortijdig te verlaten dan de uitsluitend ondernemingsgerichte B-groepers. Zoveel verschil in het werknemersverloop, alleen al door een opstel en een fleecetrui met je naam erop! Als medewerkers leren dat ze hun identiteit kunnen meenemen naar het werk, worden ze wezenlijk beter voorbereid dan medewerkers, die het gevoel hebben dat het er niet zo toe doet wie ze zijn. Wat geldt voor de inwerkperiode voor het werk, geldt natuurlijk ook voor de perioden erna.
Op het werk kunnen mensen alleen meer van zichzelf geven als zij voldoende van zichzelf kunnen meenemen.