Cowboymanagement
Over de manager als gezonde hoeder van de kudde, verantwoordelijk gebruik van je lasso, open blijven staan, een omvattende blik hebben en je dieren ondersteunen in het groeien van melk en vlees.
Er zijn verschillende aanleidingen voor dit betoog. Ik las het boek “Je eigen Managementcoach” van Manu Busschots, was bezig net de voorbereiding van ons Train de Trainer programma en zou een gesprek gaan hebben over effectieve marktbenadering.
Ik bedacht me dat managers van accounts en managers van teams, afdelingen en organisaties in zekere zin net Cowboys zijn. Als je niet heel goed weet wat je doet, raak je koeien (klanten, mensen) kwijt. Richt je je op de kern, dat wat je bestaansrecht geeft, dan draag je bij. Ben je te veel bezig met gedoe om de kern heen, dan verlies je overzicht, zorg je voor onduidelijkheid en haken klanten of medewerkers af.
Cowboys kunnen dus zowel gezond als schadelijk Cowboygedrag vertonen. Alle Yippie-Ai-Yee films ten spijt, een cowboy moet zijn plek (in het systeem) kennen. Niet om er door zijn collega’s of de eigenaar van de ranch op gezet te worden. Maar omdat je pas kunt bijdragen aan het systeem (door de doelen te realiseren waarvoor je bent aangenomen) als je je kunt oriënteren op je plek, je positie ten opzichte van anderen en de communicatie, samenwerking en besluitvorming die nodig om niet alleen jouw doelen maar ook die van anderen waar te maken. Een systeem is een systeem bij de gratie van dat je het samen vormt.
Een Cowboy die teveel is gericht op de eigen doelen, zal minder geneigd zijn te luisteren naar de behoeften van anderen en af te stemmen op wat de situatie vraagt. Vragen worden vanuit de eigen voor- en afkeuren beantwoord en vaak ook aangevuld of ingevuld vanuit de eigen ideeën HOE iets moet gebeuren. Wat werkt is om telkens als er zich een situatie aandient, eerst een systeemcheck te doen en het WAT en WANNEER te (laten) bepalen door wie daar verantwoordelijk voor zijn. Als je dat zelf bent, is het wijs je ook daartoe te beperken en het HOE over te laten aandegene die het werk uitvoert en daar op zijn beurt anderen over op de hoogte brengt. Niet omdat er angst voor fouten is, maar zodat bekend en afgestemd is wat er gebeurd in de kudde en zodat er ondersteuning gegeven kan worden als dat nodig is.
Je uiterste best doen om de lasso om de nek van die ene koe te gooien, maakt dat de rest in de tussentijd buiten zicht is, kan verdwijnen of voor een gevaarlijke situatie zorgt. Focus is goed, maar voor de effectiviteit dient die gepaard te gaan met een omvattende blik. Je hoeft niet beide zelf te hebben, maar het een vindt wel plaats in de bedding van het ander. Stem je eigen focus dus altijd af met degenen die de blik op het geheel hebben, zodat en het korte, en het lange termijn resultaat in zicht zijn.
Een goede Cowboy (van klanten, medewerkers) zorgt dat de kudde rustig is en als kudde benaderd wordt. Je aandeel in de ranch bestaat eruit om de boel bij elkaar houden. Individueel schittergedrag leidt misschien tot mooie staaltjes kunstig ‘koevangwerk’, maar niet tot een rustige melk en vlees producerende kudde. Een kudde gedijt, als de lasso pas tevoorschijn komt als er nood aan de man is. Als er een koe dreigt te verdrinken, wordt de lasso ingezet om voor redding te zorgen.
Als middel van machtsvertoon heeft diezelfde lasso een tegenovergesteld effect. Hij die een machtsmiddel in handen heeft, zou juist verantwoordelijkheid en terughoudendheid moeten tonen in het gebruik ervan. Dan dwingt het respect af, in plaats van angst voor misbruik.
Een Cowboy met schadelijk gedrag, stampt met zijn laarzen door de porseleinkast. Je vangt hier en daar een koe en laat zo zien dat je het kúnt en dat niemand je kan weerhouden. Je deelt mee in plaats van dat je overlegt, je neemt acties voordat je strategie hebt afgestemd. De gezonde Cowboy vertrouwt op zijn uitmuntende vaardigheden en vertrouwt erop dat die door anderen gezien en erkend worden. Hij zet zijn vermogens verantwoordelijk in, afgestemd op het grotere geheel van kudde, collega-Cowboys en ranch. Door de tijd heen zal de kudde groter en gezonder worden en op de lange duur zal die kunnen blijven voortbestaan, zal er voor zieke dieren gezorgd kunnen worden, zal met de opbrengst aan vlees en melk gezorgd worden voor optimaliseren van leefomstandigheden en zal deze beweging zichzelf keer op keer versterken. Tijd voor een welgemeende Yippie-Ai-Yee!
Hoe zet jij je lasso in? Discussieer mee via de CiEP LinkedIn groep.